Spoorvorming in asfalt
Het meest voorkomende resultaat van een slecht asfaltmengsel is spoorvorming. Deze ontstaat meestal als gevolg van herhaalde verkeersbelastingen, vooral bij hogere temperaturen.
Andere oorzaken van spoorvorming kunnen zijn:
- Onvoldoende verdichting: Onvoldoende verdichting tijdens de aanleg van het asfalt kan leiden tot luchtinsluitingen en zwakke plekken in het wegdek, wat de kans op spoorvorming vergroot.
- Waterinfiltratie: Water dat doordringt in het wegdek kan de onderliggende lagen verzachten en de stabiliteit verminderen, waardoor het risico op spoorvorming toeneemt.
GEOS biedt de volgende proeven aan om uw asfaltmengsel te verbeteren:
| Proef | Norm | BELAC | AASHTO | Laboroute |
|---|---|---|---|---|
| Asfalt mengen | EN 12697-35 | B | ||
| Proefstukken verdicht met een gyratorverdichter | EN 12697-31 | B | ||
| CME 54.39 | B | |||
| Monstervoorbereiding door walsverdichter | EN 12697-33 §7.1 | B | L | |
| Spoorvormingstest (groot wiel) | EN 12697-22 §8.1 | B | L | |
| Spoorvormingstest (klein wiel) | EN 12697-22 §8.3 | |||
| Spoorvormingstest (vetrekkend van kernen van 400 cm²) | CME 54.13 | B | ||
| Spoorvormingstest (vertrekkend van bitumineuze mengsels aangemaakt in labo) | CME 54.18 | B | ||
| Stijfheid | EN 12697-26 (Methode A) | L | ||
| Vermoeiingsproef | EN 12697-24 (Methode A) | L |
